Vragen? Bel ons van 9:00 tot 17:00 op 0522 20 21 20 

Veel voorkomende aandoeningen bij oudere honden

Wanneer je hond wat ouder wordt kan hij last krijgen van zogenaamde ouderdomskwalen, zoals gebitsproblemen of artrose. Het risico op ouderdomsgebreken neemt toe vanaf een leeftijd van 8 jaar. Vandaar dat honden vanaf 8 jaar vaak als senior worden beschouwd. Voor grote rassen geldt een leeftijd van 6 jaar. Wat zijn veelvoorkomende aandoeningen bij oudere honden? 

Gebitsproblemen

Een groot deel van de honden heeft last van gebitsproblemen. Gebitsproblemen zorgen voor pijn en soms zelfs het verlies van tanden en kiezen. Bij ernstige gevallen kan een gebitsontsteking via de bloedbaan lever-, hart- en nieraandoeningen veroorzaken. Gebitsproblemen voorkom je door het gebit van je hond te poetsen en door regelmatig het gebit door de dierenarts te laten controleren. Dit onderzoek behoort tot de gezondheidscontrole die een dierenarts bij de vaccinatie uitvoert. Gebitsproblemen kun je in het algemeen herkennen aan ontstoken tandvlees of een slechte adem. Omdat zichzelf vaak likt, kan ook een stinkende

Artrose

Artrose/gewrichtsslijtage komt veel voor bij oudere honden en kan in alle gewrichten optreden. Wanneer je hond ouder wordt neemt de kwaliteit en de dikte van het kraakbeen af. Deze slijtage zorgt dat de gewrichten minder soepel zijn. Een hond met artrose kan vaak moeilijker opstaan, blijft vaker liggen, wil niet zo ver lopen en loopt soms kreupel. De chronische pijn kan ervoor zorgen dat een hond minder vrolijk is of soms zelfs een slecht humeur krijgt. Artrose is niet te genezen, toch zijn er veel mogelijkheden om de leefkwaliteit van je hond te verbeteren.

Hartproblemen

Bij oudere honden staan er twee typen hartproblemen op de voorgrond: een aandoening aan de hartkleppen óf aan de hartspier. Hoe eerder een hartprobleem bij je hond herkend wordt hoe meer de dierenarts voor je hond kan betekenen. Verschijnselen van hartaandoeningen kunnen zijn: een verminderd uithoudingsvermogen, flauwvallen, lusteloosheid, hoesten en/of een zware ademhaling. 

Nierproblemen

Bij oudere honden kunnen nieren minder gaan functioneren. Hierdoor kunnen afvalstoffen minder goed uit het lichaam worden verdreven of verliezen de nieren teveel vocht doordat de urine minder goed geconcentreerd wordt. Deze slijtage is onomkeerbaar, wel kan het proces worden afgeremd met speciaal dieetvoer en medicijnen. Mogelijke symptomen zijn veel drinken/plassen, slechte eetlust, braken en een stinkende adem. De nierfunctie kan met bloedonderzoek goed in kaart worden gebracht.

Overgewicht

Overgewicht heeft meestal te maken met het feit dat de hond meer calorieën binnenkrijgt dan er verbrand worden. Een oudere hond heeft meer kans op overgewicht omdat hij minder actief is en toch nog dezelfde hoeveelheid voedsel krijgt als toen hij ‘jong volwassen’ was. Overgewicht kan andere ouderdomsaandoeningen (artrose, hartproblemen, etc.) doen verergeren. Ook kan overgewicht een rol spelen bij het ontstaan van suikerziekte. De dierenarts kan je vertellen of je hond te zwaar is, en hoe het streefgewicht op een verantwoorde wijze bereikt en gehandhaafd kan worden.

Suikerziekte

Dit is een stofwisselingsziekte die vaak op wat oudere leeftijd optreedt. De precieze oorzaak is onbekend, maar overgewicht, andere hormonale stoornissen en bepaalde medicijnen spelen vaak een rol bij het ontstaan van deze ziekte. Verschijnselen van suikerziekte zijn onder andere: veel drinken/plassen, vermageren, meer eetlust/braken. Suikerziekte kan niet worden genezen. Maar door de juiste behandeling met mogelijk insuline-injecties, dieetvoer en verantwoord afvallen kan een hond met suikerziekte wel een lang en kwalitatief goed leven hebben. 

Gezwellen

Net als bij mensen kunnen er gezwellen ontstaan bij oudere honden. Deze gezwellen kunnen goed- of kwaadaardig zijn. Goedaardig wil niet altijd zeggen probleemloos. Hoe eerder een tumor wordt ontdekt, hoe beter de dierenarts je hond kan behandelen. Controleer je hond daarom zelf op knobbeltjes en laat je hond regelmatig onderzoeken door de dierenarts.

Afnemend gezichts- en gehoorvermogen

Vrijwel alle oudere honden gaan minder zien en horen. Zo kan je hond staar krijgen, een vertroebeling op de lens van het oog. Staarvorming kan ook ernstigere oorzaken hebben. Bij staarvorming anders dan het trage proces bij de oudere hond, is het goed de dierenarts te bezoeken. Een minder goed functionerend gehoor herken je aan het “slecht luisteren” of doordat je hond schrikt als hij pas laat in de gaten heeft dat je hem nadert.

Incontinentie

Een oudere hond overkomt af en toe een ongelukje. Dit wordt niet bestempeld als incontinentie. Een hond heeft ‘echte’ incontinentie als hij kleine beetjes urine verliest zonder dat de hond hier bewust van is. Bovendien gebeurt het vooral tijdens het slapen of bij het opstaan. Er zijn speciale medicijnen verkrijgbaar bij de dierenarts tegen incontinentie. Deze medicijnen verstevigen de spieren van de blaas en de urinebuis. 

Dementie

Ook een hond kan dementie krijgen, net als de mens. Symptomen: doelloos gedrag, minder interactie met de eigenaar, een verstoord slaappatroon en desoriëntatie. Medicijnen tegen dementie zijn er niet, soms kunnen dieetvoeding en supplementen het proces vertragen.

Jaarlijkse controle

Veel van deze aandoeningen kunnen lang onopgemerkt blijven. Laat je daarom je hond jaarlijks controleren door een dierenarts. Deze check omvat onder meer vaccinaties, controle van het gebit en lichamelijk onderzoek. Veel dierenartsen hebben een speciale gezondheidscontrole voor oudere honden.